5 september 2010

Piranha (2010)

James Cameron uitte al kritiek op Piranha 3D: de expliciete effecten zouden het medium der 3D-films vervuilen, zoals 80's horrorfilms dit vroeger deden. Bullshit natuurlijk, Cameron denkt sinds Avatar dat hij 3D heeft uitgevonden en dat zijn mening de wet is. Piranha 3D reageerde officieel dat Cameron zich kinderachtig gedraagt, Avatar gerust wat meer inventief met zijn verhaal had mogen omgaan en dat dit soort genrefilms het volledig van het plezier moet hebben, waar 3D-effecten evenveel kunnen betekenen. Ik mag deze film nu al. Want ja, zo is het: waar 3D zeker een meerwaarde bood om de grote wereld van Pandora te bezichtigen is het misschien wel nog effectiever om een zwevende penis in 3D opgepeuzeld te zien worden door een piranha... om die vervolgens weer terug opgebraakt te zien worden. U weet nu al of Piranha 3D - eigenlijk gewoon Piranha, maar dat zorgt alleen maar voor verwarring - uw soort film is.

Het is 'spring break' rond een meer, waar het stikt van de piranha's. Voila, dat is het verhaal. Het plot deelt zich op in twee delen: aan de ene kant zien we het plaatselijke politiekorps onderzoek doen naar wat er allemaal gaande is. Het mooie aan dit deel is dat we hier in échte B-filmstijl een hoop one hit acteurs zien: Elisabeth Shue (Back to the Future) heeft haar charisma nooit verloren, Ving Rhames (Pulp Fiction, Mission Impossible) is vrij badass, Christopher Lloyd (Back to the Future, The Addams Family) is energiek op een manier zoals alleen hij dat kan, ... dat zijn het soort acteurs die je voor B-cinema moet inhuren: bekend van gezicht en vooral gedefinieerd door één rol, maar daarom nog geen slechte acteurs. Het tegenovergestelde vinden we dan weer terug aan de andere kant van het verhaal, waar een groep tieners op het meer rondcruisen. Hier vinden we wel onbekende acteurs terug voor wie deze film een belangrijke zaak is; in tegenstelling tot de herkenbare gezichten beseffen zij minder in welk soort film ze zitten. Terwijl Elisabeth Shue en co veel plezier hebben met hun pseudo-zelfspot, mist dat een beetje bij de jongeren. Maar geen nood, er is één man die al die zelfspot op zich neemt en daarmee de jongeren redt: Jerry O'Connell, en manmanman wat is hij geweldig in deze film. Als eigenaar en regisseur van de "Wild Wild Girls" (een parodie op "Girls Gone Wild") speelt hij een totale eikel die de cocaïne aan zijn neus heeft hangen en de objectificatie van vrouwen als voornaamste hobby ziet. Jerry O'Connell staat zich zo enorm hard te amuseren, wat geweldig aanstekelijk is waardoor je elke keer dat hij in beeld komt weet dat er iets moois te wachten staat, en geen enkele keer stelt hij teleur. Jerry O'Connell is het beste wat Piranha 3D kon overkomen, zonder twijfel.

Er zit één scène in Piranha 3D die de film perfect samenvat: terwijl de paniek is uitgebroken breekt er ergens een kabel los. Deze zwiept het scherm uit en raakt één van de voorheen feestende meisjes diagonaal, van rechterschouder tot linkerheup. Hierdoor springt het topje van haar bikini los. Ze staart enkele seconden topless rond, tot de bovenkant van haar lichaam van de onderkant glijdt. Dat is waar deze film rond draait: cheesy 3D-effecten, over-the-top gore en gratuit naakte vrouwen. Allereerst dat laatste: neen, dit is geen veredelde porno. Het oh zo preutse Amerika heeft weer eens flink overdreven: er zijn een paar scènes die volledig staan op de rondingen van de actrices (in sommige gevallen effectief porno-actrices), maar dat zijn in totaal slechts een paar minuten. Soms is het zelfs heel knap gebracht (een onderwater ballet op de tonen van "The Flower Duet"), en slechts zelden overdreven (een shot waar het scherm van links tot rechts en boven tot onder gevuld wordt met een stel ontblote talenten is er misschien een beetje over). Die andere steunpilaar van het genre is heel wat frequenter aanwezig: de gore. Het aantal bebloede, half opgepeuzelde ledematen is nauwelijks bij te houden en ook nog eens vrij vaak origineel. Zo zien we bijvoorbeeld een vrouw die letterlijk gezichtsverlies lijdt of een van ledematen ontdaan, parasailend lichaam. Het mooiste aan dit alles is dat al het bloed en de lappen vlees praktische effecten zijn: Howard Berger en zijn collega's hebben honderden figuranten van de nodige makeup voorzien, wat veel overtuigender is dan CGI (zoals helaas in The Expendables gebruikt werd).

En dan is er nog het 3D effect. Neen, diepte wordt hier niet gebruikt om de omgeving echt tot leven te wekken en er zijn een paar momenten waarop het zelfs totaal niet werkt (het éne fragment dat er door een rooster gefilmd wordt, bijvoorbeeld, lijkt alles op de voorgrond te staan). Maar uiteindelijk is de 3D hier enkel en alleen aanwezig om het zo cheesy mogelijk te misbruiken. Denk aan oude horrorfilms als Jaws 3D, dat is de manier waarop het hier gehanteerd wordt. Elisabeth Shue steekt een taser door het scherm en Jessica Szohr heeft de eer om op de camera over te geven. Dat is geen grootse cinema, maar voor dit soort film wel een grote meerwaarde. Eigenlijk is het verrassend hoe goed Piranha 3D de B-film sfeer weer te creëren. Gelijkaardige projecten die een degelijk budget voor handen hebben zijn zich vaak te bewust van hun bedenkelijke kwaliteit en geven constant dikke knipogen, wat bijna voor parodiëring zorgt. Dat is hier absoluut niet het geval: Alexandre Aja en zijn cast nemen de film volkomen serieus als een ludiek project en amuseren zich tijdens het maken van de film, maar het komt nooit over als een komische hommage aan de genrefilms. Dit is gewoon een genrefilm op zich, en dan ook nog eens een heel plezierige. Sterker nog: de meest amusante film die ik in de bioscoop gezien heb sinds Drag me to Hell.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten