17 december 2011

Gremlins: All I want for Christmas is zo'n schattige mogwai.

Toen ik recent vermeldde dat Chris Columbus een standbeeld verdient omdat hij Gremlins geschreven heeft, was eigenlijk enige flinke nuancering nodig. Columbus adapteerde de Roald Dahl roman weliswaar losjes en is verantwoordelijk is voor de basis van de film, maar als er iemand een standbeeld verdient is het wel Joe Dante en zijn productieteam. Als zij Columbus' scenario tot op de letter hadden gevolgd zou hartverwarmende Gizmo uiteindelijk namelijk de rol van slechterik Stripe invullen, zou charmante Billy's hond opgegeten worden en zou zijn moeder geen Ellen Ripley moment beleven, maar juist door de Gremlins onthoofd worden. Niet meteen iets voor de feestdagen, dus.

Het is echter Joe Dante die met een perfect gevoel voor zowel tempo als toon van Gremlins een meesterwerkje heeft gemaakt. Zelden is er een film geweest die zo vaak tussen humor en horror/spanning springt, maar toch op beide vlakken even goed werkt.

De humor is alleszins constant sterk aanwezig: of het nu goed toegepaste clichés zijn (Billy's vader als de typische uitvinder die maar weinig goed kan doen, bijvoorbeeld) , of gewoonweg parodiëring van andere populaire films. De sfeer is opvallend luchtig, voor wat in principe toch een halve horrorfilm hoort te zijn. Het mogen dan wel enge wezens zijn, maar als je zo'n hele zaal vol gremlins naar Sneeuwwitje ziet kijken (en ze ook mee hoort zingen met "Hey Ho", uiteraard), breekt dat de spanning meteen. Gremlins wordt vaak als 'kindvriendelijke horror' aangewezen, en dat punt is duidelijk te begrijpen. Ondanks dat er toch wel wat redelijk gore-heavy shots in zitten, zoals een exploderende gremlin in een microgolf of een smeltende gremlin waarnaast majoor Toht van Raiders lachwekkend lijkt - maar toch voelt het nooit héél erg eng aan, vooral spannend.

Maar het is niet alsof de spannendere stukken daardoor niet goed overkomen. Wanneer de gremlins eenmaal uit hun cocon gebroken zijn toont Joe Dante ons meermaals dat hij met het publiek kan spelen zoals hij maar wil. Met slimme camerabewegingen en gremlins die steeds weer net buiten het kader vallen doet Dante ons er constant aan denken dat deze gremlins niet enkel om mee te lachen, maar vooral ook heel erg gevaarlijk zijn. Zoals in de traditie van de grote horrorfilms als Jaws en Alien: je ziet eigenlijk niets, en dat zorgt juist voor de dreiging. In Gremlins 2: A New Batch zou die balans volledig omslaan in het voordeel van de humor, maar hier past de film eigenlijk constant binnen beide genres.

Het is vooral het tempo waarin deze genres doorheen elkaar toegepast worden dat Gremlins zo magistraal maakt. Tijdens de climax van de film achtervolgt Billy de gremlinleider Stripe. Stripe slaat Billy tegen een glazen vitrine aan en vuurt met een kruisboog in zijn arm, Billy is redelijk ernstig gewond. De volgende scène zien we Stripe op een driewieler ontsnappen van dit duel. Vlak daarna valt Stripe Billy aan met een kettingzaag. Billy verdedigt zich tot Stripe achterover valt en meters lang meegesleurd wordt door de kettingzaag. Er wordt constant van toon gewisseld, en op zich zou dat niet mogen werken, maar dat doet het toch. Het is quasi tegelijk spannend, terwijl de spanning gebroken wordt door comic relief; het is het heel erg vreemde genie van Joe Dante. Want dat is zelfs binnen het horrorkomedie genre een vrij grote verdienste, want meestal overheerst er toch wel één van de twee, terwijl het andere maar sporadisch aan bod komt. Daarom dat deze film ook zo enorm kindvriendelijk is. In het teken van marktonderzoek en bronnen checken heb ik een Gremlings-screening georganiseerd voor tien kinderen jonger dan twaalf, en na afloop kwamen ze tot een unanieme conclusie: dat als ik hen liet gaan ze geen aangifte zouden doen bij de politie.

Daarnaast is Gremlins ook één van de meest indrukwekkende effectenfilms van de jaren '80. Het is misschien nooit zo flitsend als in pakweg The Thing, maar het realisme dat deze wezens uitstralen is tijdloos. Die pluisballen van mogwais zijn enkele van de schattigste creaties ooit op film vastgelegd; met grote ogen, een natte snuit, lieve geluidjes met soms een woordje Engels doorheen en zelfs de prachtige ingeving om ze te laten zingen. Iedereen die Gremlins destijd zag wou onmiddelijk een eigen versie van Gizmo: dat is design dat goed werkt binnen de film én een commercieel mirakel is voor merchandise. De gremlins zijn minstens even sterk; met hun rode ogen, scherpe tanden en geschubde huid. Het grote verschil is vooral dat het zorgt voor een fysieke aanwezigheid die CGI nog altijd niet heeft weten te evenaren: het wezen dat je ziet, stond ook effectief voor de camera. Het is een gevoel van realisme waar nog maar weinig CGI-films hebben kunnen tippen. De stokkerige stopmotion wanneer er op een bepaald moment tientallen gremlins in beeld komen is het enige effectenshot dat verouderd overkomt, na bijna achtentwintig jaar.

Maar wat van Gremlins zo'n geslaagde kerstfilm maakt is deze keer niet persé de moraal, maar de algehele sfeer. De karakterisatie in de eerste helft van de film is zo sterk dat je binnen een zeer korte periode een stuk of tien personages grondig leert kennen. Het weet dat gevoel van een klein dorpje heel sterk over te brengen, waardoor de kleine zaken veel sterker opvallen. Kerstversiering, vallende sneeuw, kinderen (in dit geval gremlins) die kerstliedjes komen zingen, ... Het klinkt raar omdat er zoveel films exact hetzelfde lijken te doen, maar naar mijn gevoel zijn er maar weinig films die even overtuigend weten over te brengen dat de film zich echt wel tijdens Kerstmis afspeelt.

Gremlins was een cultureel fenomeen, is een sterk element binnen de huidige popcultuur, werkt op vele niveau's en is vooral een heel erg amusante film waar dat warme kerstgevoel al een beetje bij begint op te komen. Net als Die Hard zitten we nog niet aan de typische kerstfilms, maar het is een mooie tussenstap van het onconventionele naar het conventionele.

1 opmerking: